Aantekeningen |
- ONTVANGER DER GENERALE MIDDELEN VAN DE HEERLIJKHEID VAN WEDDE EN WESTERWOLDE (1675), DROST DER OLDAMBTEN, LID DER STATEN-GENERAAL, STAATSRAAD, RAADSHEER TE GRONINGEN.
OVERGENOMEN VAN INGHIST.NL/VAN DER AA: Scato Gockinga steeg spoedig tot verschillende belangrijke ambten op. Hij was in 1672 afgevaardigd tot de vergadering der Staten Generaal, en nam in dien hagchelijken tijd gewigtige bezendingen waar. Hij was door de Staten in genoemd jaar, onder den eed van geheimhouding, gemagtigd, om met en benevens Willem III, van Beuningen en Beverningh met de Engelsche Gezanten Arlington en Buckingham te handelen. Hij diende destijds ook als Gedeputeerde te velde, trok in 1673 naar Utrecht, beraamde aldaar met zijne medegedeputeerden, na het verlaten der stad door de Franschen, de schikkingen, welke destijds zoo veel opspraak gaven, en teekende in hetzelfde jaar het vermaard verbond met den Koning van Spanje.
Beroepen:
in Drost Der Oldambten, Lid Der Staten-Generaal, Raad Van State, Raadsheer Te Groningen.Bron 2
in het jaar 1675 in Ontvanger Der Generale Middelen Van De Heerlijkheid Van Wedda en Westerwolde.Bron 2
Bron 2: 1907 Nederland's Adelsboek
|