Boudewijn IV van Vlaanderen

Boudewijn IV van Vlaanderen

Mannelijk ca. 980 - 1035  (~ 55 jaar)

Persoonlijke informatie    |    Aantekeningen    |    Alles    |    PDF

  • Naam Boudewijn IV van Vlaanderen 
    Geboren ca. 980 
    Geslacht Mannelijk 
    Overleden 30 mei 1035 
    Persoon-ID I7206  Genealogie Oldenzeel
    Laatst gewijzigd op 28 sep 2020 

    Vader Voorouders Arnulf II van Vlaanderen
              geb. ca. 960
              ovl. 30 mrt 988, Gent Vindt alle personen met gebeurtenissen op deze locatie  (Leeftijd ~ 28 jaar) 
    Verwantschap geboorte 
    Moeder Rosela van Ivrea
              geb. ca. 945
              ovl. 26 jan 1003, Gent Vindt alle personen met gebeurtenissen op deze locatie  (Leeftijd ~ 58 jaar) 
    Verwantschap geboorte 
    Gezins-ID F1509024080  Gezinsblad  |  Familiekaart

    Gezin Otgiva van Luxemburg
              geb. ca. 990
              ovl. 21 feb 1028, Gent Vindt alle personen met gebeurtenissen op deze locatie  (Leeftijd ~ 38 jaar) 
    Getrouwd 1012 
    Type: civil 
    Kinderen 
    Getrouwd: 1x1. Boudewijn V van Vlaanderen
              geb. ca. 1013
              ovl. 1 sep 1067, Rijsel Vindt alle personen met gebeurtenissen op deze locatie  (Leeftijd ~ 54 jaar)  [geboorte]
    Laatst gewijzigd op 7 nov 2020 
    Gezins-ID F1509024078  Gezinsblad  |  Familiekaart

  • Aantekeningen 
    • Boudewijn IV bijgenaamd met de Baard (ca. 980 - 30 mei 1035) was graaf van Vlaanderen van 988 tot aan zijn dood.

      Biografie
      Boudewijn met de Baard was de zoon van Arnulf II en Rosela van Italië, dochter van Berengarius II van Italië, de door keizer Otto I onttroonde koning van Italië. Toen zijn vader in 988 overleed, was Boudewijn nog minderjarig en werd de autonomie van het graafschap Vlaanderen door het koninkrijk Frankrijk, waar het nominaal toe behoorde, bedreigd. Een tweede huwelijk van Boudewijns moeder, Rosela, met Robrecht II de Vrome, zoon en opvolger van de Franse koning Hugo Capet, kon dit gevaar echter bezweren.

      Bij zijn meerderjarigheid nam Boudewijn het bestuur stevig in handen: hij stelde paal en perk aan de onder zijn vader ontstane gezagscrisis in het noorden van het graafschap (Gent, Waasland, Kortrijk) en dwong bij de graven in het zuiden (Boulogne, Guînes, Hesdin en Saint-Pol) de erkenning van zijn suzereiniteit af. Boudewijn benoemde de heer van Gistel tot zeegraaf, belast met de kustverdediging.

      Boudewijn verplaatste de belangstelling van de Vlaamse graven, die tot dan toe op het zuiden was gericht, naar het oosten, en veroverde aanzienlijke gebieden op de rechteroever van de Schelde. In 1006 veroverde hij samen met Lambert I van Leuven de markgraafschappen Valencijn en Ename. Een gezamenlijke tegenaanval door keizer Hendrik II de Heilige en koning Robert II, werd afgeslagen. In 1007 veroverde Hendrik de burcht van Gent. Uiteindelijk verzoenden Lambert en Boudewijn zich in Aken (stad) met Hendrik en trokken zij zicht terug uit Valencijn. Boudewijns gebieden binnen het Heilige Roomse Rijk bleven afhankelijk van de Duitse keizer, en kregen de naam Rijks-Vlaanderen.

      In 1012 werd Boudewijn beleend met Walachria-Bevelandia (Zeeland bewesten Schelde) en het gebied dat later de Vier Ambachten zou worden. Dankzij gewiekste onderhandelingen met de keizer verkreeg hij in 1015 de mark Valencijn, in ruil voor de belofte zich afzijdig te houden in het interne Lotharingse conflict tussen de Reiniers en de graven van Verdun. Het lang begeerde markgraafschap Ename in het gouwgraafschap Brabant werd hem echter niet door de keizer gegund, zelfs niet na de inname (en verwoesting) van de hertogelijke burcht te Ename in 1033/1034.

      Boudewijn stichtte de abdij van Sint-Winoksbergen in 1022, in de nabijheid van zijn kasteel daar. In 1028 arrangeerde hij het huwelijk van zijn zoon Boudewijn met Adela van Mesen, een dochter van Robert II, koning van Frankrijk. Na zijn huwelijk kwam Boudewijn V in opstand en Boudewijn IV moest naar Normandië vluchten. Hij nam daar Eleonora, dochter van Richard II van Normandië tot tweede echtgenote en wist met Normandische steun de opstand snel te onderdrukken (12 september 1028 te Oudenaarde). Nadien kreeg Boudewijn V wel een rol in het bestuur. In 1031 steunde Boudewijn Robert I van Bourgondië in zijn poging om koning van Frankrijk te worden in plaats van zijn broer Hendrik I van Frankrijk.

      Boudewijns expansiepolitiek was duidelijk gericht op de beheersing van het Scheldebekken, waarvan hij het economisch belang begreep. Tijdens zijn bewind begon de lakenindustrie ook vaste vorm aan te nemen. Boudewijn was eigenaar van de schorren langs de kust, waar schapen werden gefokt, en hij was waarschijnlijk de eerste wolleverancier van de Atrechtse draperie. Graaf Boudewijn spande zich ook in om de godsvrede te laten respecteren in zijn graafschap. Tijdens zijn bewind werd Duinkerke gesticht, kreeg Brugge de eerste stadsrechten en ook zou hij Rijsel hebben gesticht.

      Huwelijken en kinderen
      1. In 1012 met Otgiva (ca. 990 - Gent, 21 februari 1028), dochter van Frederik van Luxemburg, graaf in de Moezelgouw (zoon van Siegfried I van Luxemburg), en Irmentrude van de Wetterau
      2. In 1028 met Eleonora (ca. 1010 - 23 december 1035), dochter van hertog Richard II van Normandië en Judith van Bretagne

      Uit het eerste huwelijk:
      Boudewijn V van Rijsel
      Ermengarde
      waarschijnlijk nog een dochter, later echtgenote van Reinier van Leuven, zoon van Lambert I van Leuven

      Uit het tweede huwelijk:
      Judith Fausta van Beieren, gehuwd in 1051 met Tostig Godwinsson, graaf van Northumberland, en in 1071 met Welf IV, hertog van Beieren