Aantekeningen |
- - fol.3v - 17 juni 1602 - Tijddo Tijards [=Tiddo Tiardens] en Hemke (ehel.), Sijbel Tijackens
[=Sibelo Tiackens] en Sijwke (ehel.), Johan Hovink [=Joehann Hoevijnk] en Esse (ehel.),
Aito Aeilkens [Aeijto Aeijlkens] en Tija (ehel.), Upko Herens, sibbevoogd, Wijbbo Fockens
[=Wybbo Ffockens], voogd, Ailko Tijars [=Aeylko Tiaerß], vader, met Tijacke, als
voorstander der jongste dochter, ze maken een scheiding van landen als Focko Frericks s.
gedachtenisse hor leve vader up de vorgeß vijff dochter hefft vorarvet.
Ten eersten Tijddo Tijads en Hemke (ehel.) toegedeeld met Aito Aielkens en Tija (ehel.) een
heerd waarop Tijddo Tijars met zijn vrouw en kinderen nu op woont, idem ten zuiden, ten
noorden burgemeester Rolteman, ten oosten de erfgenamen van Phebo Ipens, ten westen an
de Klamsloit.
Ten anderen Johan Hovink en zijn vrouw is toegedeeld aan akker land in Hijlko Eppes heerd
aan de zuidzijde, ten zuiden Aepko Freriks als gebruiker, ten noorden Hijlko Eppens zelf, ten
oosten de Olde Ae, ten westen nabuurswetten gelijk. Nog 2 akkers veenland gelegen Tussche
loge, waarop nu woont Tepo Roleffs en Luitger (ehel.), ten zuiden Reneko Wijbbens, als
gebruiker, ten noorden Berendt Harmens, ten oosten de Dwarssloit, ten westen Jacob Huß.
Ten derde is toegedeeld aan Sijbel Tijackens en Sijcke (ehel.) met de hopman Upko Herens,
als voormond, en Wijboo Fockens, voogd, en Alcko Tijars, hopman, als vader, voor Tijake de
jongste dochter, voorstanders, wordt toegedeeld de halve heerd waarop nu wonen Sijso
Jansen en Ebko (ehel.), gelegen aan de zuidkant in de heerd, ten noorden Ipo Phebes als
gebruiker, ten oosten de vaandrig Focko Wijlms, als eigenaar, ten westen de olde Ae. Noch
eijn venne tusschen logen gelegen boven undt buten de wech dar ant suden buten de wech
Johan Tonnis boven de wech, Johan Breboem ant norden, buten de wech Ane Swettes
arffgenamen boven de wech, Eggo Wijllms in t oosten an Aeilko Tijadens komen in twesten
naburswetten gelik. Noch twe deelen van eijn acker landes gelegen an de nortsijt dar Wijlko
Egges wonet west sijt de Herwech. Noch is bescheiden dat Tijddo Tijades met Aito van wege
horer hußfrouwennwederomme solen tho rugge geven van hore angecoffde landen Johan
Hovink undt sijne hußfrouwe soven Emder gulden und vor all den gulden gerekent dre Arens
gulden. Ingelicken sall Sijbell Tijackens und Sijnke sijn hußfrouwe weder tho rugge geven
Tijake mijt hor vorstander twe Emd. Gulden end vor all paijment we [?] gerekent. Getuigen:
mester Cornelius Warners en Merten Jacobs
- Zuidbroek Vx fol.3v - 17 juni 1602 - Tijddo Tijards [=Tiddo Tiardens] en Hemke (ehel.), Sijbel Tijackens [=Sibelo Tiackens] en Sijwke (ehel.), Johan Hovink [=Joehann Hoevijnk] en Esse (ehel.), Aito Aeilkens [Aeijto Aeijlkens] en Tija (ehel.), Upko Herens, sibbevoogd, Wijbbo Fockens [=Wybbo Ffockens], voogd, Ailko Tijars [=Aeylko Tiaerß], vader, met Tijacke, als voorstander der jongste dochter, ze maken een scheiding van landen als Focko Frericks s. gedachtenisse hor leve vader up de vorgeß vijff dochter hefft vorarvet.
Ten eersten Tijddo Tijads en Hemke (ehel.) toegedeeld met Aito Aielkens en Tija (ehel.) een heerd waarop Tijddo Tijars met zijn vrouw en kinderen nu op woont, idem ten zuiden, ten noorden burgemeester Rolteman, ten oosten de erfgenamen van Phebo Ipens, ten westen an de Klamsloit. Ten anderen Johan Hovink en zijn vrouw is toegedeeld aan akker land in Hijlko Eppes heerd aan de zuidzijde, ten zuiden Aepko Freriks als gebruiker, ten noorden Hijlko Eppens zelf, ten oosten de Olde Ae, ten westen nabuurswetten gelijk. Nog 2 akkers veenland gelegen Tussche loge, waarop nu woont Tepo Roleffs en Luitger (ehel.), ten zuiden Reneko Wijbbens, als gebruiker, ten noorden Berendt Harmens, ten oosten de Dwarssloit, ten westen Jacob Huß. Ten derde is toegedeeld aan Sijbel Tijackens en Sijcke (ehel.) met de hopman Upko Herens, als voormond, en Wijboo Fockens, voogd, en Alcko Tijars, hopman, als vader, voor Tijake de jongste dochter, voorstanders, wordt toegedeeld de halve heerd waarop nu wonen Sijso Jansen en Ebko (ehel.), gelegen aan de zuidkant in de heerd, ten noorden Ipo Phebes als gebruiker, ten oosten de vaandrig Focko Wijlms, als eigenaar, ten westen de olde Ae. Noch eijn venne tusschen logen gelegen boven undt buten de wech dar ant suden buten de wech Johan Tonnis boven de wech, Johan Breboem ant norden, buten de wech Ane Swettes arffgenamen boven de wech, Eggo Wijllms in t oosten an Aeilko Tijadens komen in twesten naburswetten gelik. Noch twe deelen van eijn acker landes gelegen an de nortsijt dar Wijlko Egges wonet west sijt de Herwech. Noch is bescheiden dat Tijddo Tijades met Aito van wege horer hußfrouwennwederomme solen tho rugge geven van hore angecoffde landen Johan Hovink undt sijne hußfrouwe soven Emder gulden und vor all den gulden gerekent dre Arens gulden. Ingelicken sall Sijbell Tijackens und Sijnke sijn hußfrouwe weder tho rugge geven Tijake mijt hor vorstander twe Emd. Gulden end vor all paijment we [?] gerekent. Getuigen: mester Cornelius Warners en Merten Jacobs
- fol.8v - 17 juli 1602 - Johan Hovinck [=Joehann Hoevynk] en Esse (ehel.) versetten aan
Tydde Tyaedens [=Tiddo Tiaedens] en Hemke (ehel.) een akker land gelegen in de zuidzijde
van Hilcke Eppens heerd land in Zuidbroek, ten noorden Hilcko Eppens, ten zuiden Aepko
Vreercks, als gebruiker. Strekkende uit het oosten van de Olde Ae, in het westen
nabuurswetten gelijk. Tijd: 6 jaar. Getuigen: Haijije Omkens en Cornelis Warners.
- fol.33v - 30 maart 1603 - Tyddo Tyaens [=Tiddo Tiaedens] en Hemke (ehel.), Sybel
Tyackens [=Sibelo Tiackens] en Syntke (ehel.), Johan Hovinck [=Joehan Hoevynk] en Esse
(ehel.), Aeyto Aeylkens en Tyaere (ehel.) als erfgenamen van Elke [=Eltko], getrouwd
geweest met Aeylko Tyaes ter ener en Aeylko Tyaes [=Aeylko Tianß] ter andere zijde. Ze
maken een afhandeling. De erfgenamen zullen Aeylko Tyaes betalen 673 Emder gld. 10 br.st.
Aeylko heeft ontvangen een lijftocht van 100 daler van de erfgenamen. Hij heeft ontvangen
een handschrift groot 100 Emder gulden over Johan Hovinck en Esse (ehel.), de erfgenamen
zijn hem nog schuldig 473 Emder gld. 10 br.st. Nog verdeeld dienen te worden de paarden en
koeien en de andere beesten. Getuigen: [Cornelis Warners]
- fol.46v - 7 juni 1603 - Tydde Tiaerts [=Tiddo Tiardens] en Hemke (ehel.) en Sybel
Tiaeckens [=Sibelo Tiackens] zijn vrouw, Johan Hovinck [=Joehan Hoevynck] of zijn vrouw,
Aielt Aeylkens [=Aeyto Aeylkens]en Tya (ehel.) maken een scheiding van de volgende
landen, welke Hemko, Syntke, Esse en Tyae, van wijlen hun vader Focko Frericks en wijlen
hun moeder Elke hebben geërfd. Tydde en Hemke genieten 5 akkers land te Zuidbroek, zoals
Harmen Jans en zijn vrouw gebruiken, en Tydde en Hemke eerder hebben gebruikt. Ten
zuiden burgemeester Hillebrant Rolteman, ten noorden Aelidt Phebens. Strekkende uit het
oosten van de Olde Ae, in het westen nabuurswetten gelijk, doer Sappemeer Wolderloedyck.
Nog een zuidelijke akker in Hilcko Eppens heerd, Tiddo en Hemko ten zuiden, ten noorden
Hilcko Eppens. Strekkende uit het oosten van de Olden Ae, in het westen nabuurswetten
gelijk. Noch dat lutke Venke gelegen tusschen Loegen daer Jan Tonnis buiten den wech ende
Johan Breboem boven den wech ant ant suiden ende ant noerden Anne Smits arfg. buyten den
wech ende Egge Willems boven den wech. Streckende uth dat oesten van Johan Hovincks teyn
deymt, welcke hem ende Esse ende in dese scheidine toe dele is gevallen Int westen doer
Sappemeer an de Woldster loedyck soe ende gelick als hoer dat van hoer olderen en
voerolderen is angearvet. Ende noch de helfte van de arffgen. anpart boven Muntendam up de
dertich ackeren, welcke dartich ackeren naest ter swette ant suiden gelegen is Hemmo
Tiaeckens, ant norden ende Willem Stycker, streckende uth dat oesten van den Bostsloet int
westen doer Sappemeer an Kramswolder loedyck. Noch den derden deel van de noerderste
acker, daer Wylko Eggens nu ter wydt wondt, daer toe soelen Tydde unde Hemke geneten de
geboemten staende up de vorgeß. Vyff ackeren landts, de Harmen Janßen nu ter tydt bewondt
ende Tidde ende Hemke toe voeren bewondt ende gebruckt hebben, met de tralien ende
anckeren ende ander iserwerck dattet muurwerck ant hueßbevatet hefft.
Ende Sybel Tyackens ende Sintke soelen in egendoem geneten den halven herdt landts
gelegen in Sudtbroeck inde Overbuiren, daer Focko Frericks ende Elke affgestorven synnen
ende nu ter tydt van Aeylke Tyaedens ende Aeyto ende Tyae gebruckt worden streckende uth
dat oesten van den Olden Ae, int westen doer Sappemeer. An welcke herdt ant norden Tyart
Nannens ende ant suiden Eltie Hemkens. Noch den verden part vant veen welke Aeylko
Tyaens ende Ebke van Eggo Hebbels gekoft hebben, gelegen tusschen Loegen streckende van
den Herenwech int westen, gelick boven verhaelt, daer Gerdt Bloem ant suiden, ende Claes
Knotte ant noerden. Noch twe ackeren veen landts gelegen tusschen Muntendam ende
Suidtbroeck, daer Tepe Roleffs nu ter tydt woendt, streckende uth dat oesten vanden olden
Dwarssloot, int westen gelick boven voerhaelt, daer Rentko Wybbens ant suiden ende Tepe
ende Lutgert ant norden.
Johan Hovinck ende Esse soelen genieten in den ersten den halven suiderste herdt landes
gelegen in Suidtbroeck inde Utterbuyren, de Syse Janß nu ter tydt gebruickt, daer Focke
Wyllems de andere halve norderste herdt van toe kumpt, streckende uth dat oesten vanden
Olden Ae, int westen gelick de arffgen. synnen angearvet. Ten zuiden Ipo Phebens, ten
noorden Sybrant Clasen. Noch een venne landts tusschen Suidbroeck ende Muntendam,
strekkende uit het westen van de Hereweg, int oesten an Aelydt Phebens ganse kamp daer
Johan ende Esse selfs met hoer toe gedelde teyn deymet ende Anne Smyts arffgen. ant suiden,
en ten noorden Sybelt Ryndts.
Ende noch gedachte teyn deymt daer Johan ende Esse voergess met hoer gedachte venne
ende Alidt Phebens met den voorgess ganse kampe ant norden ende ant oesten ende suiden de
Letze ende ant westen den dwarsloet tendes de vennen de naeste swet synnen.
Aeyto ende Tya soelen geneten den anderen halve herdt landts gelegen in Suidbroeck in de
Overbuyren waer Focke ende Eltie affgestorven synnen ende nu ter tydt by Aeylko ende Aeyto
ende Tyas gebrucket worden dat in aller gestalt soe in gelick Sybell Tyackens ende Syntke de
ander halve herdt synnen toegedeelt unvorscheden unde de verde part van den voergeß veen
welcke Aeylke Tyaens ende Elko van Eggo Hebels hebben gekoft unde dat in aller gestalt soe
Sybelt ende Syntke daer tegens verde part is toegedeelt ende hier voeren beschreven unde
noch de helfte van de arffgen. Anpart veen landes gelegen up de dartich ackeren boven
Muntendam soe ende gelick Tyddo Tyaens ende Hemke de ander helfte hier varen synnen
toegescheet ende gedeelt ende de derde deel vande norderste acker gelegen tusschen
Muntendam ende Suidtbroeck daer Wilko Eggens nu ter tydt woondt.
Des blyft ungedeelt 4 ackeren landes gelegen un Upko Bennes zaliger gedachte herdt landes
in Mydwolde up ende uth streckende soe de aldaer inden herdt gelegen synnen met syn annex
ende gerechticheit, mede een syr veens in Duyrken acker en een syr veens in Dyurcken acker,
mede hoer andeel in Eppe Einkens herdt, ende een rentebreff van Frerick Eebls ende Reyner
Garbrants. Getuigen: [Merthen Jacops en Cornelis Warners ]
|