Marie Adriaan Frederik Hendrik Philipse

Marie Adriaan Frederik Hendrik Philipse

Mannelijk 1834 -

Generaties:      Standaard    |    Verticaal    |    Compact    |    Box    |    Alleen tekst    |    (Uitgebreide)kwartierstaat    |    Voorouderwaaier    |    Media    |    PDF

Generatie: 1

  1. 1.  Marie Adriaan Frederik Hendrik Philipse is geboren op 20 jun 1834 in Den Haag (zoon van Johan Antoni Philipse en Maria Clasina Groen van Prinsterer).

    Andere gebeurtenissen:

    • Beroep: Ontvanger

    Marie getrouwd Maria Elisabeth de Ranitz op 4 jul 1862 (civil) in Groningen. Maria (dochter van Herman de Ranitz en Maria Elisabeth Crommelin) is geboren op 28 jun 1840 in Groningen. [Gezinsblad] [Familiekaart]


Generatie: 2

  1. 2.  Johan Antoni Philipse is geboren op 19 mrt 1800 in Middelburg (zoon van Anthoni Willem Philipse en Anna Johanna van Lemzeele); is gestorven op 10 mei 1884 in Den Haag.

    Andere gebeurtenissen:

    • Beroep: Voorzitter 1e kamer

    Aantekeningen:

    Johan Antoni Philipse (Middelburg, 19 maart 1800 - 's-Gravenhage, 10 mei 1884) was een Nederlands politicus.
    In de rechterlijke macht

    Na zijn studie werd hij ingeschreven als advocaat en in 1824 werd hij plaatsvervanger van de procureur-generaal bij het Hooggerechtshof. In 1833 werd hij benoemd tot advocaat-generaal, raadsheer, in 1844 tot vicepresident en in 1849 tot president van het Haagse gerechtshof. Deze functie vervulde hij tot 1870, waarmee hij de langstzittende president van het Hof werd, van 1839 tot heden.
    In de politiek

    Philipse was van 1849-1871 conservatieve lid van de Eerste Kamer, en van 1852-1870 was hij Eerste Kamervoorzitter, benoemd door Willem III.

    Hij was een vertrouweling van de koning en werd regelmatig door hem ingeschakeld om te helpen voorkomen dat te liberale voorstellen werden aanvaard. Van hem werd gezegd dat hij op de Kamerleden neerkeek, zoals hij als rechter neerkeek op de boeven die voor zijn balie verschenen.

    Hij leed zozeer aan reumatiek dat bodes op het Binnenhof hem soms de trappen naar de Rolzaal en de De Lairessezaal moesten opdragen. Hij trok zich terug in 1870. In 1871 werd hij Minister van Staat.
    Zijn familie

    Johan Antoni stamde uit een Zeeuwse familie. Zijn ouders kwamen uit Middelburg, zijn vader mr Anthoni Willem Philipse (1766-1845) was president van de Hoge Raad, zijn moeder was Anna Johanna van Lemzeele (1775-1863). Zijn voorvaders kwamen uit Domburg en Serooskerke.

    Anthoni Willem Philipse studeerde in Leiden, en promoveerde in 1790. Na de intocht van de Fransen (1794/95), het vertrek van de Oranjes en de vestiging van de Bataafse Republiek werd hij schepen in Middelburg en president van de rechtbank. Daar werd Johan Antoni geboren. In 1811 verhuisde Anthoni Willem naar Den Haag, waar Johan Antoni naar de Latijnse school ging. Hij studeerde ook in Leiden en promoveerde in 1822.

    In 1828 trouwde Johan Antoni met Maria Clasina Groen van Prinsterer (1806-1868), zuster van Guillaume Groen van Prinsterer, de beroemde staatsman. Ze werd Mietje of Mimi genoemd. Ze kregen 12 kinderen, van wie er slechts zes meerderjarig werden, waaronder:

    mr Adriaan Hendrik Philipse (h. Leeuwendaal, 5 augustus 1842 - Haarlem, 7 mei 1913) ging ook in de rechterlijke macht, en werd substituut-griffier bij het Hof in Arnhem. Hij trouwde met Anna Cornelia de Kempenaer (Arnhem, 9 juni 1851 - aldaar 6 februari 1936).
    Hun zoon Johan Antoni Philipse (1876-1947) werd directeur Rotterdamsche Bankvereeniging in Den Haag. Het kantoor stond aan de Korte Vijverberg. Later werd dit gebouw het kantoor van Landry & van Till.
    Hun kleinzoon Adriaan Hendrik (1901-1967) werd ambassadeur.
    Elisabeth Henrietta Maria Philipse (Den Haag, 5 februari 1839 - aldaar, 13 juni 1927, getrouwd met Jhr Bonifacius Cornelis de Jonge (Den Haag, 24 februari 1834 - aldaar, 11 februari 1907).

    Johan Anthonie en zijn echtgenote hadden 20 kleinkinderen.

    Het gezin Philipse woonde van 1839-1863 op het Lange Voorhout 10 (tegenwoordig de Britse ambassade), daarna op Noordeinde 202. Tijdens de zomermaanden verbleven ze veel op Leeuwendaal, aan de Vliet, en in 1833 kocht hij het daarnaast liggende Huis Burchvliet.
    Vaak bezochten ze Rust en Vreugd in Voorburg, waar zijn zwager Guillaume het huis van zijn ouders had geërfd. Aangezien Guillaume en zijn vrouw Elisabeth van der Hoop kinderloos bleven, kwam Rust en Vreugd na hun overlijden toe aan Elisabeth de Jonge-Philipse, dochter van Johan Antoni en echtgenote van eerder genoemde B.C. de Jonge). Hun zoon, ook Bonifacius Cornelis, werd gouverneur-generaal van Nederlands-Indië.

    Johan getrouwd Maria Clasina Groen van Prinsterer circa 1828 (civil). [Gezinsblad] [Familiekaart]


  2. 3.  Maria Clasina Groen van Prinsterer
    Kinderen:
    1. Anna Johanna Philipse
    2. 1. Marie Adriaan Frederik Hendrik Philipse is geboren op 20 jun 1834 in Den Haag.


Generatie: 3

  1. 4.  Anthoni Willem Philipse is geboren op 10 sep 1766 in Middelburg (zoon van Johan Philipse en Martha Fournier); is gestorven op 18 feb 1845 in Den Haag.

    Andere gebeurtenissen:

    • Beroep: president van de Hoge Raad

    Aantekeningen:

    Anthoni Willem Philipse (Middelburg, 10 september 1766 – 's-Gravenhage, 18 februari 1845) is bekend als president van de Hoge Raad.
    Leven en werk

    Philipse was een zoon van de Middelburgse meester-glazenmaker Johan Philipse en Martha Fournier. Hij begon zijn loopbaan in 1783 als klerk bij de Raad van Vlaanderen en bleef die functie vervullen tot 1795. In 1786 schreef hij zich in als student in de rechten aan de Universiteit Leiden. Na zijn promotie in 1790 vestigde hij zich als advocaat in Middelburg. In datzelfde jaar werd hij lid van het College voor het Landrecht op Walcheren een functie die hij tot 1792 vervulde en nogmaals in de periode van 1795 tot 1803. In 1795 werd hij schepen en president van de Schepenbank in Middelburg en lid van de Vergadering van Provisionele Representanten van het Volk van Zeeland. Van 1803–1810 was hij procureur-generaal van het Departementaal Gerechtshof van Zeeland.

    In 1811 ging hij naar Den Haag waar hij advocaat-generaal werd aan het Keizerlijk Gerechtshof te 's-Gravenhage. Op 10 februari 1814 werd hij procureur-generaal aan het Hooggerechtshof. Deze functie vervulde hij tot 1838.[1] Tot 1818 was hij tevens belast met het toezicht van de politie in de Noordelijke Nederlanden. Philipse drong aan op strikte naleving van reglementen en verordeningen door de politie en logementhouders, die vreemdelingen moeten registreren. Vanaf 1830 werden ook de Belgen als vreemdeling gezien. Van 1838 tot zijn dood in 1845 was hij president van de Hoge Raad.

    Philipse trouwde in Middelburg op 14 januari 1793 met Johanna Henriette van Voorst (Middelburg (1772-1796). Zij kregen twee zoontjes, die maar kort leefden. Hij hertrouwde met Anna Johanna van Lemzeele (1775-1863). Uit dit huwelijk werden een zoon Johan Antoni en zes dochters geboren. Philipse had een oudere broer, Gerardus Jacobus Philipse (1759-1822), die griffier was van de Weeskamer, vrederechter en raadslid. Deze broer werd ook lid van de Provinciale Staten van Zeeland. Diens zoon was Jacobus Hermannus Philipse (1797-1878), hoogleraar rechtsgeleerdheid in Groningen.

    Philipse overleed in 1845 op 78-jarige leeftijd. Hij was commandeur in de Orde van de Nederlandse Leeuw.

    Anthoni getrouwd Anna Johanna van Lemzeele na 1796 (civil). Anna is geboren in 1775; is gestorven in 1863. [Gezinsblad] [Familiekaart]


  2. 5.  Anna Johanna van Lemzeele is geboren in 1775; is gestorven in 1863.
    Kinderen:
    1. 2. Johan Antoni Philipse is geboren op 19 mrt 1800 in Middelburg; is gestorven op 10 mei 1884 in Den Haag.


Generatie: 4

  1. 8.  Johan Philipse is geboren in in Middelburg.

    Andere gebeurtenissen:

    • Beroep: meester-glazenmaker

    Johan getrouwd Martha Fournier. [Gezinsblad] [Familiekaart]


  2. 9.  Martha Fournier
    Kinderen:
    1. 4. Anthoni Willem Philipse is geboren op 10 sep 1766 in Middelburg; is gestorven op 18 feb 1845 in Den Haag.